De kloostermarkt bij abdij Koningsoord in Oosterbeek is vandaag ondanks het ietwat grauwe weer druk bezocht. Behalve de zusters trappistinnen van Koningsoord waren er diverse andere kloosters vertegenwoordigd op de gezellige markt waar allerlei abdijproducten te koop zijn.
Binnen wordt er voor geïnteresseerden een film getoond over het leven van de zusters van Koningsoord. Er is veel belangstelling voor het ‘echte’ leven dat achter de marktkraampjes en slotdeuren steekt. We sluiten aan op het moment dat een zuster in de film terugblikt op de tijd dat de gemeenschap paramenten (liturgische voorwerpen van textiel) vervaardigde. Het werd echter steeds moeilijker om daar nog wat aan te verdienen. ‘Wat heeft het dan nog voor zin? Ja, we zijn geen museum, hè?’ klinkt het nuchtere commentaar van de zuster. Enkele aanwezigen gniffelen om de onverhulde eerlijkheid.
Ook de kloosterkerk wordt druk bezocht. Enkele mensen komen even nieuwsgierig om het hoekje kijken, maar nog veel meer bezoekers gaan even rustig zitten om even de stilte te ervaren, tot zichzelf te komen, te bidden. In de lichte, modern vormgegeven ruimte branden vele devotielichtjes in verschillende kleuren. Het heeft iets feestelijks om er zoveel bij elkaar te zien en het illustreert dat de kloostermarkt, hoewel uiterst gezellig, méér is dan de zoveelste braderie.
Er is voor elk wat wils: van prachtige handgemaakte producten zoals vilt en aardewerk tot kloosterbier, kaas en diverse versnaperingen. Zuster Emmanuel Maas, ook wel bekend als ‘de vegetarische zuster’, steekt hartelijk een dienblad uit vol toastjes met zelfgemaakt plantaardig broodbeleg in allerlei vrolijke kleurtjes. Over enkele dagen gaat haar website devegetarischezuster.nl live.
We sluiten ons bezoek af met een rondleiding op natuurbegraafplaats Koningsakker, die zaterdag 31 augustus officieel geopend zal worden. Het initiatief komt van de zusters trappistinnen van Koningsoord, maar is om juridische en praktische redenen (wat gebeurt er bijvoorbeeld als de zusters zouden vertrekken?) zelfstandig ten opzichte van de abdij, legt medewerkster Cathy uit. Ze vertelt enthousiast over de verschillende velden – thema lente, zomer, herfst, winter – met elk hun eigen specifieke beplanting. ‘Ik vind het een mooi idee om, als je het dan hebt over bezit en nalatenschap, na je dood een stuk natuur na te laten dat altijd natuur blijft.’ Er zijn nog veel plannen: voor het ombouwen van de oude paardenstal tot een Mariakapel, voor een gebouw waar de plechtigheden kunnen plaatsvinden, voor een nieuw kantoor, voor verschillende soorten bomen. Voor zover het dat nog niet is, belooft het iets bijzonders in de mooie omgeving te worden.