In Oslo is vanmorgen om 11.00 uur bekend gemaakt dat Malala Yousafza en Kailash Satyarthi de Nobelprijs voor de Vrede ontvangen. Daarmee gaat de prijs niet naar topfavoriet paus Franciscus.
Het verhaal van de Pakistaanse Malala Yousafzai is even schrijnend als bewonderenswaardig. Ze blogde in 2009 als jong meisje voor de BBC over de heerschappij van de taliban en hun onderdrukking van vrouwen in Pakistan. In 2012 kreeg de dan 15-jarige activiste, die ijvert voor onderwijs voor meisjes, een kogel door het hoofd geschoten door een lid van de taliban. Wonderwel overleefde Yousafzai de aanslag, waarna ze verhuisde naar Groot-Brittannië. Eerder ontving Malala Yousafzai de Sacharovprijs. Begin dit jaar werd zij al voor de Kindernobelprijs genomineerd.
Kailash Satyarthi is een Indiase mensenrechtenactivist die zich sinds 1980 verzet tegen kinderarbeid. In 1992 richtte hij de Zuidaziatische Coalitie tegen Kinderslavernij (SACCS) op.
Franciscus roept geregeld op tot vrede. In juni 2014 nodigde hij Abbas en Peres uit naar zijn appartementen om te bidden voor vrede in Israel en de Palestijnse gebieden. Ook sprak hij van een ‘hartenwens’ dat er vrede tussen de Korea’s zou komen en riep hij partijen in Oost-Oekraïne op tot een staakt-het-vuren.
Ook als de Nobelprijs voor de Vrede wel was toegekend aan Franciscus, was het maar de vraag of hij de prijs in ontvangst wilde nemen. In een interview met de Argentijnse krant La Nacion liet hij zich ontvallen dat de Nobelprijs ‘niet op zijn agenda’ stond.
Het is voor het tweede keer in de geschiedenis dat een paus de Nobelprijs voor de Vrede is genomineerd, maar niet ontvangt. In 2009 was paus Johannes Paulus II genomineerd. Toen won de Amerikaanse president Barack Obama. Katholieken die het laureaat wel kregen zijn onder meer moeder Teresa, Kim Dae-Jung en Adolfo Perez Esquivel.
Op 10 december wordt de prijs uitgereikt in Oslo.