Aanstaande zaterdag brengt paus Franciscus een bezoek aan Sarajevo, de hoofdstad van Bosnië-Herzegovina. Het land had zwaar te lijden tijdens de burgeroorlog die er tussen 1992 en 1995 woedde. Sindsdien komen de oorlogsmisdaden die destijds werden bedreven nog regelmatig in het nieuws — denk aan Srebrenica. Maar verder is er weinig aandacht meer voor het land.
De internationale gemeenschap voorzag de nieuwe staat Bosnië-Herzegovina in 1995 van een ingewikkelde staatsinrichting die het mogelijk moest maken dat moslims, Serviërs en Kroaten vreedzaam konden samenleven. Corruptie en incompetent bestuur zorgen er echter voor dat de Bosnische staat feitelijk niet werkt. Daarom peinst de Europese Unie er voorlopig niet over om het land toe te laten tot Unie.
Dat is een cruciale fout, zegt kardinaal Vinko Puljić, aartsbisschop van Sarajevo, in een interview met Tertio deze week. “Onze enige toekomst ligt in de Europese Unie”, zegt hij. “Maar die is niet met ons bezig. Brussel wacht tot wij een ‘normaal’ land worden. Maar dit is geen normaal land en dat zal niet vanzelf komen.”
En zolang Bosnië geen normaal land is, zullen de katholieken er niet terugkeren. Voor de oorlog waren het er 800.000, nu nog maar de helft. Voor jongeren is er geen toekomst.
De kardinaal hoopt dat het bezoek van de paus de internationale gemeenschap zal wijzen op haar verantwoordelijkheid. “Paus Franciscus weet hoezeer ons volk lijdt. Terwijl iedereen ons lijkt vergeten te zijn, denkt hij aan ons. Vooral de landen van de Europese Unie zijn ons uit het oog verloren; ze zijn vooral met zichzelf bezig zijn. Het is bekend dat paus Franciscus aandacht heeft voor wie leeft in de marge. Zijn bezoek zie ik ook als een vingerwijzing aan de rest van Europa: vergeet Bosnië en Herzegovina niet.”
(Bron: Tertio, christelijk opinieweekblad. Meer info en abonneren via www.tertio.be)
Zie voor het bezoek van de paus aan Sarajevo ook dit item van NPO Spirit, met de aantekening dat de paus een mis zal celebreren en dat de ‘dominee’ in de reportage een priester is.
Foto © RR