Andries Knevel: protestants boegbeeld in de ban van paus Franciscus.
In de ban van de paus: dat verwacht je niet zo snel van een protestant. Zeker niet van Andries Knevel, één van de boegbeelden van gereformeerd Nederland. Vorige week nog bezwoer hij de vaderlandse pers dat hij ‘vol overtuiging’ protestant zou blijven, ondanks – of dankzij? – zijn vierdelige televisieserie over paus Franciscus. Wie wil weten waar Knevels fascinatie met de huidige paus vandaan komt, kijkt vanavond om 21.15 uur bij de EO naar deel twee.
Gewaagde zet
Je moet het de Evangelische televisiebroeders nageven: wie als protestantse omroep een serie over de paus durft te programmeren naast de Olympische Spelen heeft ballen. Deze gewaagde zet werd vorige week dan ook prompt beloond met een half miljoen kijkers. Of dat vooral de eigen achterban betreft of een gemengd publiek dat niets om sport geeft, is vooralsnog onduidelijk.
In de vierdelige serie ‘In de ban van de Paus’ reist Knevel in een Fiat 500 – “geheel in pausstijl”, zoals hij zelf zegt – door Italië om het ‘geheim’ van paus Franciscus te doorgronden. Wat maakt hem zo populair? Wat drijft hem? En tussen de regels door: hoe zet deze paus Knevel aan het denken over zijn eigen geloof?
Spoedcursus paus Franciscus
Het eerste deel van de serie vormt een spoedcursus over de man in het wit. Zo komt de pauselijke verkiezing van 2013 voorbij. Samen met NOS-correspondente Andrea Vreede haalt Knevel herinneringen op aan het moment waarop paus Franciscus zich voor het eerst aan de wereld presenteerde.
Knevels reis gaat vervolgens van Rome naar Assisi om de naamkeuze van paus Franciscus te onderzoeken. Want wie dit pontificaat wil begrijpen, zo beredeneert hij, moet iets weten over de achtergrond van de legendarische bedelmonnik Franciscus van Assisi.
Hoewel deze redenering terecht is, en het interview met de Nederlandse franciscaan Loek Bosch diepte biedt, zou een wat bredere blik op de achtergrond van Jorge Bergoglio welkom zijn geweest. Wat bijvoorbeeld te denken van zijn achtergrond als jezuïet? Of zijn theologische vorming te midden van de Latijns-Amerikaanse bevrijdingstheologie? Twee aspecten die minstens zoveel over zijn pontificaat zeggen als de naam Franciscus.
Onverwachte omhelzing
Vervolgens bezoekt Knevel de kleermaker van de paus, waar hij tevergeefs probeert los te peuteren wat de kleermaker nu écht vindt van “het saaie wit” van de kerkvorst. Na dit vrij nietszeggende praatje wordt de inhoud sterker. Knevel bezoekt Vinicio Riva, een ernstig mismaakte man die tijdens een algemene audiëntie in 2013 onverwachts door paus Franciscus werd omhelsd.
Gezien dit sprekende voorbeeld van paus Franciscus’ voorkeur voor menselijke nabijheid, had Knevel mooi kunnen inhaken op deze ‘theologie van de omhelzing’, die zo treffend is verwoord door Trouw-journaliste Monic Slingerland. Maar de televisie-afleveringen zijn kort – slechts 35 minuten – en Knevel haast zich verder.
Het lukt hem echter wel om opnieuw een bruggetje te slaan naar Franciscus van Assisi. Net zoals de bedelmonnik ooit de half weggerotte hand van een melaatse kuste, aarzelt paus Franciscus niet om de tragische wanstaltigheid van Riva te omarmen. Daarmee weet hij zowel het lichamelijke als psychische isolement van de man te doorbreken. “Mocht het nog een keer gebeuren dat hij me omhelst, dan zal ík diegene zijn die hém omhelst”, zegt Riva vol goede moed tegen Knevel.
Paus-criticaster
Dergelijke voorbeelden maken het verleidelijk om paus Franciscus een heldenstatus toe te kennen. Maar Knevel zou Knevel niet zijn als hij vervolgens niet op zoek zou gaan naar paus Franciscus-criticaster Antoine Bodar. Hoewel Bodar toegeeft dat paus Franciscus de katholieke Kerk weer ‘salonfähig’ heeft gemaakt, zijn de kerken er volgens hem niet voller op geworden.
Deze laatste opmerking lijkt naïef. De kerkelijke leegloop die een halve eeuw geleden is begonnen, kan onmogelijk in de eerste drie jaar van het Franciscus-pontificaat worden gekeerd. Dat weet Bodar ongetwijfeld ook, want na deze uitspraak leidt hij het gesprek snel een andere kant op, om daarbij handig uit te komen bij het vermeende gebrek aan intellectuele bagage bij de huidige paus.
Volgens Bodar richt paus Franciscus zich te veel op menselijke compassie en te weinig op God, de Bijbel en het geloof. Bovendien houdt Bodar niet van het ‘populaire gedrag’ van de paus en doet het er volgens hem niet toe of de kerkvorst in een grote of kleine auto rijdt.
Het moge duidelijk zijn. Bodars voorkeur gaat uit naar meer afstand tussen kerkvorst en gelovigen. “Je kunt heel nabij zijn door afstand”, zegt hij cryptisch, waarna Knevel zich in de voice-over afvraagt of dat juist niet de reden is waarom de katholieke Kerk vervreemd is geraakt van het volk. Daarnaast is het nog maar de vraag of de op een ezel rijdende Christus uit het Evangelie eenzelfde indruk op zijn volgelingen zou hebben gemaakt als hij Jeruzalem was binnengekomen op een fraai opgetuigde dromedaris. Maar dat terzijde.
Timmerman van de armen
Knevel laat de positieve toon die hij eerder heeft ingezet niet los. Hij vervolgt zijn speurtocht naar paus Franciscus met een bezoek aan Franco Tuccio, een timmerman op het eiland Lampedusa. Daar vervaardigt Tuccio uit wrakhout kruisjes voor overleden vluchtelingen. Op persoonlijk verzoek van de paus bouwde hij een eenvoudig altaar voor diens werkbezoek aan het eiland in 2013.
Wanneer Tuccio uitleg geeft over een houten kelk die hij voor de paus vervaardigde, volgt de mooiste uitspraak van de eerste aflevering: “Deze kelk is gemaakt van wrakhout van de schepen. Heel bijzonder, ook vanwege die spijker overdwars. Het lijden van Christus aan het kruis. Maar het mooie is dat het een ode is aan het leven.”
Zonder het te beseffen, reikt ‘de timmerman van de armen’ Knevel twee basisprincipes aan die de kracht van het pontificaat van Franciscus verklaren. In eenvoud schuilt schoonheid en uit armoede kan – ondanks lijden en dood – nieuw leven ontstaan. Principes die lang niet altijd zichtbaar in het Vaticaan zijn nageleefd en die juist daarom opvallen bij de huidige kerkvorst.
Herkenning
Het is niet vreemd dat dit aspect van het pontificaat van Franciscus sympathie oplevert bij zowel gematigde protestanten als progressieve katholieken. Ongetwijfeld herkent Knevel hierin een stuk van zijn eigen gereformeerde geloofstraditie, wat mogelijk de trigger vormt voor zijn nieuwsgierigheid naar ‘het geheim’ van paus Franciscus.
Deze nieuwsgierigheid – of fascinatie, zoals Knevel het zelf noemt – maakt de serie op zich al waardevol, ongeacht of Knevel in volgende afleveringen mogelijk een zetje geeft tegen katholieke piketpaaltjes. Dat stootje kan de Kerk wel verdragen.
Niet dat de serie volmaakt is. Misschien blijft Knevel te lang en weinig kritisch hangen bij de presentatie van paus Franciscus, zoals het dagblad Trouw hem onlangs verweet. En misschien besteedt hij inderdaad te weinig aandacht aan de traditionele tegenstellingen tussen protestant en katholiek, die ook niet zomaar onder de mat kunnen worden geveegd.
Het is echter de vraag of dit de serie een meerwaarde zou geven. Het feit dat de EO tijd en middelen steekt in het respectvol verkennen van het pontificaat van paus Franciscus is op zich een hoopvol gegeven. De tastend-zoekende oecumene wordt op deze manier zichtbaar en daarbij zijn alle inspirerende voorbeelden – paus of geen paus – welkom. Dat compliment mag Andries Knevel in zijn zak steken.