In het kader van de Maand van de Bijbel verzorgt Joost Jansen o.praem. elke dag een kleine lectio divina. Vandaag: ‘Is dat niet de timmerman, de zoon van Maria?’ Marcus 6,3
Wij werken met kaders, met stereotypen, met hokjes. Wellicht is het van alle tijden omdat een mens dan grip houdt op zijn omgeving. Op ieder moment genuanceerd moeten zijn, is lastig en ook wel vermoeiend. Echter: wie de ander classificeert (in hokjes plaatst) gaat niet echt de ontmoeting aan.
De omstanders van Jezus zeggen geen onzin. Jezus is de zoon van Maria en zijn vader Jozef was timmerman (vandaag: een kleine aannemer). Tot zover is alles goed. Maar dan. Kun je accepteren dat iemand zich verder ontwikkelt en laat groeien wat de goede God in hem heeft gelegd? Bij Jezus is dat ‘Zoon van God’ zijn, eenheid met God-Vader. Een unieke weg. Kunnen wij in ons laten groeien wat de goede God in ieder van ons heeft gelegd?