Een pausbezoek aan het Midden-Oosten is bijna per definitie ‘historisch’. Dat begon in 1964 toen paus Paulus VI naar het Heilig Land kwam. Het was de eerste keer dat een paus het gebied bezocht. Maar het was nog geen staatsbezoek aan Israël. Net als Franciscus sprak Paulus VI van een pelgrimage, maar dat had vooral een diplomatieke reden: het Vaticaan onderhield toen nog geen diplomatieke relaties met Israël.
Een doorbraak in de relatie met de staat Israël en met het joodse volk kwam er onder Johannes Paulus II. Inmiddels had het Vaticaan de staat Israël erkend. Het bezoek van de paus bevestigde dit. Historisch was zijn bezoek aan de Klaagmuur, waar hij vergiffenis vroeg voor al hetgeen de christenen joden hebben aangedaan.
Benedictus XVI bezocht Jordanië en Israël in 2009. De keuze om beide landen aan te doen, was zeer bewust gemaakt. Ook Johannes Paulus II had dit gedaan om de schijn van partijdigheid in de religieuze en politieke conflicten in het gebied zo veel mogelijk te vermijden.
Ook paus Franciscus reist nu naar Jordanië, Palestina én Israël. Zo zal er aandacht zijn voor de steeds slechter wordende positie van de christenen in het gebied, voor de relatie met de oosters-orthodoxe kerk, de moslims én met de joden. Net als zijn voorganger zal Franciscus Yad Vashem bezoeken. In het museum daar werd in 2009 de houding van paus Pius XII tijdens de Tweede Wereldoorlog nog bekritiseerd. Berichten dat Benedictus zou weigeren de gedenkplaats te bezoeken leidden toen tot spanningen.
Inmiddels is de tekst over Pius XII aangepast en veel genuanceerder geworden. Wellicht kan nu opnieuw een stap worden gezet in de toenadering tussen de rooms-katholieke Kerk en de joden. Zeker omdat de Argentijnse paus niet het verleden van zijn voorganger meetorst.