Museum Catharijneconvent in Utrecht heeft een zogenaamd hymnarium – een liedboek met een verzameling van liturgische gezangen – aangekocht. Het gaat om een uniek manuscript uit het adellijk benedictinessenklooster Oudwijk. Vanaf vandaag is het manuscript te bewonderen in het museum.
Het Utrechtse handschrift past perfect in de collectie van het nationaal museum voor christelijke kunst, cultuur en geschiedenis
Uniek Utrechts handschrift
Aan de binnenkant van de omslag van het handgeschreven hymnarium staat geschreven: ‘Dit boek behoort aan de eerbare vrouwe Angela van Vronensteijn. En het is geschreven op kosten van de eerbare vrouwe Anna van Oestrum, kloosterzuster in Oudwijk. In het jaar 1563….’ Anna van Oestrum was kloosterzuster in Oudwijk. Het is tot nu toe het enige liturgische handschrift dat van deze abdij bekend is. De eigenaar van het manuscript, Angela van Vronensteijn, was waarschijnlijk de dochter van Willem de Wael van Vronensteyn, schepen en schout van Utrecht, en was non in een Utrechts klooster. Opvallend is dat sommige gezangen in verschillende toonsoorten zijn opgenomen. Dit doet vermoeden dat Angela van Vronensteijn voorzangsters was in het koorgebed of het nonnenkoor leidde tijdens de vaste gebedstijden.
De aankoop van het Utrechtse hymnarium werd mogelijk gemaakt door een subsidie van de B.H. Breslauer Foundation in New York. Deze stichting, opgericht door Bernard Breslauer (1918-2004), keert subsidies uit aan bibliotheken en andere non-profit instituten die zeldzame boeken en manuscripten verzamelen.