Pinksteren – verjaardag van de kerk?

Pinksteren wordt wel de geboortedag van de kerk genoemd. Vieren we dat inderdaad met Pinksteren? Is het een soort verjaardag, waarbij de kerk toegezongen wordt en kadootjes krijgt?

Toen ik, als novice bij de jezuïeten in Birmingham, voor het eerst mijn verjaardag in het buitenland vierde werd ik blij verrast door een stel slingers die me opgestuurd werden vanwege het thuisfront. Sindsdien vierden we de verjaardagen van novicen met authentieke Hollandse vlaggetjes rond de deur. En er werd voor je gebeden in de Mis, je mocht het eten kiezen, je werd luidruchtig toegezongen, en er was natuurlijk cake met cream; we waren ten slotte in Engeland.

Pinksteren lijkt wel wat op zo’n verjaardag, want met Pinksteren wordt de kerk geboren. Het was een nogal moeizame bevalling. Na Jezus’ dood waren de apostelen en eerste leerlingen opgesloten –- ook letterlijk –- in angst en onzekerheid over God die hen schijnbaar verlaten had. Pas nadat ze de Geest gekregen hadden vonden de apostelen en eerste leerlingen de moed om in Zijn naam in woord en daad een God van genezing, vergeving en zorg te verkondigen. Er is dus veel reden om Pinksteren te beschouwen als een geboorte. Een wonderlijke geboorte die we met recht dankbaar herdenken.

Maar het woord ‘verjaardag van de kerk’ is eigenlijk verwarrend. Want in feite staat de kerk juist niet centraal, zoals dat bij een jarige is. Dat zou idolatrie zijn. Wat gevierd wordt is noch de kerk zelf, noch haar traditie(s), noch haar ambtsdragers, en evenmin haar ‘gewone’ gelovigen en onvervangbare vrijwilligers. Met Pinksteren staat de Geest centraal. Pinksteren viert de bezieler van de kerk, de levendmaker (zo het Credo) en blijvend dragende grond van de kerk: de Geest. Pinksteren is het feest om alles te toetsen aan wat de Geest zegt tegen de kerken (zo de Apocalyps).

Pinksteren, de verjaardag van de kerk? Het is een vrome frase, met bovendien de nodige inhoud, maar uiteindelijk past een ernstig voorbehoud. Niet de kerk wordt met vlaggetjes geëerd, en niet de kerk mag het eten kiezen, maar de Geest.