Psalm 139 is #1-hit

Sinds 1978 is het niet meer voorgekomen dat een psalm op nummer 1 in de hitlijsten staat. In 1978 was het ‘By The Rivers of Babylon’. In 2016 is het Trijntje Oosterhuis met ‘Ken je mij’. Afgelopen vrijdag zong zij dit nummer tijdens RTL Late Night. Haar (al oude) nummer ‘Ken je mij’ is een door haar beroemde vader Huub Oosterhuis berijmde versie van psalm 139. Trijntje zong deze psalm voor haar collega Marco Borsato die dit jaar 25 jaar in het vak zit. Misschien een oude nummer, maar deze nieuwe release scoorde wel enorm.

In psalm 139 zingt de psalmist over God die hem beter kent dan hij zichzelf kent. ‘HEER, u kent mij, u doorgrondt mij, / u weet het als ik zit of sta, / u doorziet van verre mijn gedachten, / ga ik op weg of rust ik uit, u merkt het op, / met al mijn wegen bent u vertrouwd.’ Vader en dochter Oosterhuis hertalen deze diepe religieuze ervaring in drie retorische vragen: ‘Ken je mij? Wie ken je dan? / Weet jij mij beter dan ik?’

Verstoppen

De psalmist concentreert zich in zijn lied op het idee dat hij zich nergens voor God kan verstoppen. ‘Klom ik op naar de hemel – u tref ik daar aan, lag ik neer in het dodenrijk – u bent daar.’ Als je Psalm 139 leest, kan die alziendheid van God nogal heftig op je neervallen. Geen menselijke privacy tegenover Gods alziend oog. Maar je kan de woorden van psalmist ook positief lezen: het maakt niet uit waar je je als mens bevindt – in de diepste put of in de hoogste gloria – God is daar naast je. Deze tweede interpretatie is dominant in Oosterhuis’ psalm: ‘Ik ben jouw zuiverste zelf, / Vrees niet, versta mij, ik ben, ik ben.’

Vijanden

Het laatste gedeelte van Psalm 139 kent een dramatische ommekeer in de woorden van de psalmist. Het gaat nu ineens niet meer om hemzelf en zijn verhouding tot God, maar om zijn vijanden. En de psalmist hoopt dat zijn vijanden ook die van God zijn, met alle gevolgen van dien. ‘God, breng de zondaars om, / – weg uit mijn ogen, jullie die bloed vergieten – / ze spreken kwaadaardig over u, uw vijanden misbruiken uw naam.’

Levensschouw

Oosterhuis hertaalt deze woorden tot een private levensschouw. De zanger van ‘Ken je mij’ evalueert zichzelf en komt tot een nogal negatieve conclusie. ‘Kan jij het hebben, / Als niemand anders, / Dat ik geen licht geef, niet warm ben, / Dat ik niet mooi ben, niet veel / Dat geen bron ontspringt / in mijn diepte / Dat ik alleen dit gezicht heb, / geen ander.’ De zanger komt tot de conclusie dat God hem dan wel mag kennen in al zijn menselijkheid, maar dat God dan soms niet zoveel leuks heeft om naar te kijken. Maar toch: niemand kent hem meer dan God hem kent, en dat is zowel troostend als beangstigend tegelijk.

Geen ‘God’

Hoewel het jammer is dat woorden als ‘God’ of ‘Heer’ uit de tekst van ‘Ken je mij’ zijn verdwenen, is het toch opmerkelijk te noemen dat een psalmtekst een nummer 1 hitnotering heeft gekregen. En dan nog wel een psalmtekst die laat zien hoe breekbaar en kwetsbaar de mens eigenlijk is tegenover zijn schepper. Zo aan het begin van Goede Week is deze notering op een bijzondere manier ‘toepasselijk’ te noemen.

Naschrift: Met dank aan Hendro Munsterman voor zijn opmerking aangaande ‘By the Rivers of Babylon’.