Het boerkaverbod: Iraanse toestanden

Vrouw met nikab

Jaren geleden las ik als jongvolwassene het boek ‘In een sluier gevangen’ van Betty Mahmoody: het autobiografisch relaas van een Amerikaanse vrouw die samen met haar dochtertje door haar Iraanse man werd vastgehouden in Iran. Wat begon als een vakantie en familiebezoek, ontaardde in een heuse hel toen haar man zich ontpopte tot een tiran. Uiteindelijk ontsnapte ze met hulp van mensensmokkelaars. Literair bezien weinig verheffend, maar desondanks indrukwekkend.

door Simone Ooms

Wat mij van al Betty’s beproevingen misschien wel het meeste bij is gebleven, is de constante dreiging van de gevreesde religieuze politie: busjes die rondreden om vrouwen hardhandig aan te pakken als zij volgens de heersende opvattingen onzedig gekleed waren. Eén haar die onder een hoofddoek uit stak of één afgezakte kous: het kon je duur komen te staan. En dan niet in de zin van een bekeuring.

Het idee van een in mijn eigen jeugdige ogen collectief gestoorde samenleving die zich gelegaliseerd tegen je keerde als je als vrouw de ‘verkeerde’ kleding droeg: ik vond het op een enge manier heel indrukwekkend. Na het lezen legde ik het boek licht huiverend opzij en leunde ik tevreden achterover op de bedbank van mijn studentenkamertje: gelukkig woonde ik in het open en tolerante Nederland.

Sinds gisteren bestaat er in ons tolerante landje echter ook verboden kledij. Kledij die de religieuze politie in Iran goed zou keuren of misschien zelfs wat over the top zou vinden – dat dan weer wel. Maar in Nederland houden we er nu eenmaal niet van als de vrouwen zich dusdanig zedig uitdossen dat ze niet meer herkenbaar zijn. Vandaar dat er na jarenlang gesteggel nu op bepaalde plaatsen sprake is van een verbod op de boerka en de nikab.

Laat ik er niet omheen draaien: ook ik ben geen fan van de boerka en de nikab. Allereerst vind ik het irritant als ik moet communiceren met iemand van wie ik zijn of haar gezicht niet kan zien – of dat nu door een religieus kledingstuk of bijvoorbeeld een motorhelm komt. Ik vraag me dan ook af hoe je in een land als Nederland wilt integreren als je je gezicht niet wenst te tonen. (Al vraag ik me net zo hard af hoe je kunt integreren als bijvoorbeeld zorg en onderwijs vanwege je kledij ‘verboden gebied’ zijn – en nee, ik heb geen pasklare antwoorden.)

Ten tweede kan ik niks met de (al dat niet verpakt in mooie woorden á la ‘mijn lichaam is exclusief voor mijn man’) achterliggende opvatting dat vrouwen ‘beschermende’ kleding nodig hebben tegen ongewenste blikken of wellicht erger. Die reduceert vrouwen mijns inziens namelijk tot immer problematische lustobjecten en mannen tot primitieve wezens zonder verantwoordelijkheid of zelfbeheersing. Zelfs als je er als vrouw helemaal uit eigen beweging voor kiest om je zo uit te dossen.

Maar dat is mijn persoonlijke mening. Net zoals het feit dat ik niet zit te wachten op al te schaars geklede vrouwen of mannen met hun lillende witte of juist vuurrode vlees in de zomerzon. Of op kerels met zogenaamd humoristische T-shirts van het niveau ‘Goed gereedschap hangt onder een afdakje’. Of nog erger: hetzelfde type man zónder T-shirt. Yagh.

De vraag is echter: heb ik, heeft de Nederlandse samenleving nu echt dusdanig veel hinder van dat handjevol zwaar gesluierde vrouwen dat we wettelijke kledingvoorschriften nodig hebben? Wat gaat er nu eigenlijk mis?

Verstoring van de openbare orde, chaos, plunderingen en totaal anarchisme omdat hordes onherkenbare boerka’s de boel onveilig maken? Moet Schiphol het grootste deel van de vluchten annuleren vanwege opstoppingen bij de marechaussee die de helft van de passagiers niet fatsoenlijk meer kan identificeren? Dreigt de economie te crashen omdat honderdduizenden vrouwen in boerka profiteren van een uitkering omdat ze met hun outfit geen baan kunnen vinden? Kan ik niet meer naar de dokter als er in de wachtkamer een dame met – o, gruwel – een nikab zit?

Valt allemaal wel mee, toch? Gaat het echt om het immer aangevoerde argument ‘veiligheid’, of draait het stiekem domweg om het feit dat we het gewoon niet zo leuk vinden?

Maar nee, er moest absoluut iets gebeuren om te voorkomen dat dit land ten onder gaat, vond rechts. Na jarenlang gezeur is er, heel Nederlands, een compromis in de vorm van een gedeeltelijk boerka- eh, pardon, gezichtsbedekkendekledingverbod. Op de social media vallen de verschillende kampen ongenuanceerd over elkaar heen met de nodige hatelijkheden. En dat allemaal om werkelijk een handjevol vrouwen. Polariserend Nederland laat zich weer van zijn beste kant zien. En vervolgens kan iedereen weer met gerust hart slapen. Voorspelbaar, voorspelbaar.

Misschien was het ook wel heel voorspelbaar dat de media er weer bovenop doken. Zeker nu het komkommertijd is. Toch verbaas ik mij nog steeds over de tone of voice bij een probleem waarvan je je kunt afvragen in hoeverre het nu eigenlijk een probleem is. Het Algemeen Dagblad kwam met een paar sensationele vragen en antwoorden: ‘wat gebeurt er als er iemand met een boerka de trein instapt?’ (wat mij betreft ongeveer hetzelfde als wanneer er een man met een vergiet op zijn hoofd de trein in stapt: niets). En ‘wat mag ik zelf doen als ik iemand met een boerka zie?’ (zucht.)

Alsof we te maken hebben met ebolalijders in dichtbevolkt gebied! Alsof elke boerka of nikab voorzien is van een bomgordel! Het dagblad meldt vervolgens dat het toegestaan is om als burger een verdachte staande te houden en deze bijvoorbeeld tegen de grond te drukken om te voorkomen dat (hij of) zij de benen neemt.

Is er ooit een soortgelijke aandacht besteed aan bijvoorbeeld wildplassers? Werd er, toen per 1 juli appen op de fiets verboden werd, aan de brave burger uitgelegd hoe je een overtreder van zijn tweewieler kon plukken?

Van het gedeeltelijke verbod op gezichtsbedekkende kleding zeg ik: nou ja. Er zijn gevallen denkbaar (bijvoorbeeld de paspoortcontrole bij Schiphol) waarin een dergelijke outfit écht niet kan. De vraag is alleen of de huidige wetgeving daar goed in voorziet? En vooral: was het nou nodig en hebben we met zijn allen niet iets beters te doen?

Wat ik echter wél heel kwalijk vind, is dat er gedaan wordt alsof er met deze nieuwe wetgeving een groot gevaar wordt afgewend. Dat een zichzelf respecterend dagblad het nodig vindt om te beschrijven dat je als brave burger best mag ingrijpen. Dat we het als tolerante samenleving kennelijk oké vinden om een vrouw vanwege te veel of te weinig kleding te belagen en tegen de grond te werken.

Iraanse toestanden, als je het mij vraagt.

Simone Ooms was na haar journalistieke opleiding tien jaar werkzaam als (online) communicatieprofessional op een hogeschool. Inmiddels werkt zij als online redacteur en marketeer bij Berne Media en is zij hoofdredacteur van katholiek.nl. In haar vrije tijd studeert zij Theologie aan de Radboud Universiteit.