Column: Broederlijke bezoeken

Franciscanen

Voor het eerst in tijden was ik weer eens bij mijn oudere medebroeders in Nijmegen en Alverna (gemeente Wijchen, bij Nijmegen). Ik ben ‘on tour’ met een fotografe, Gwen Hofman, voor de nieuwe website die er voor onze orde – de minderbroeders franciscanen – in Nederland en Vlaanderen wordt gemaakt.

Wat is het toch goed om onder medebroeders te zijn… ik kan genieten van de verhalen, van hun broederlijk samenzijn, het elkaar helpen in een broosheid. Dat hoop ik, als ik hun leeftijd mag bereiken, ook zo te ervaren en zelf ook te kunnen doen.

Ik heb dat de laatste jaren, door corona, wel erg gemist. Toevallig kwam maandag het gesprek in onze eigen communiteit erop dat een Indiase broeder er jaren geleden van op had gekeken dat wij onze oudere broeders ‘wegstoppen’ in verzorgings- en verpleeghuizen. Ja, het is een andere cultuur. En overigens ben ik blij dat er in onze communiteit ook twee (bijna) 80-plussers wonen. Ook aan hun wijsheid en ervaring kan ik mij graag laven.

Ik vind het ook zo heerlijk dat mijn oudere medebroeders echt begaan blijven met de jongere broeders, met de toekomst van de provincie; en ons als jongere broeders ook alle ruimte bieden onze eigen weg te vinden… en ja, de kans dat wij ons aan stenen stoten, waar zij zich al aan gestoten hebben, is aanwezig. Ze laten het gebeuren. Niet omdat het ze niet interesseert, nee… vooral omdat ze ons die ervaring ook gunnen.

Ook ik mocht dus vertellen waar ik mee bezig was en natuurlijk zal een deel sommigen ontgaan… immers, voor een aantal zijn websites en social media een ‘ver-van-hun-bedshow’… maar ze luisteren geïnteresseerd naar mijn ervaringen.

In de komende weken zal ik (hopend dat tante corona het goed vindt…) ook mijn medebroeders op andere plekken in Nederland en Vlaanderen broederlijk bezoeken. Ik zie er naar uit.

Ergens tijdens ons bezoek zaterdag zei Gwen, de fotografe, tegen mij: ‘Goh, wat zijn die broeders gemakkelijk… ze maken er geen punt van op de foto te gaan… dat hoef ik mijn oma niet meer te vragen.’ Ja, broeders… ze zijn niet zo moeilijk. Het zijn een stel prima kerels en ik ben blij tot dezelfde orde te behoren.