Overweging: verbonden

Druiventrossen

N.a.v. Johannes 15,1-8

Er gaat veel kapot in een oorlog. En dat is lang niet altijd het snoeiwerk zoals een wijnbouwer dat doet bij zijn wijngaard. Natuurlijk zullen dictators menen dat dit nodig is voor de toekomst van een volk. Zelfs bij Jezus hebben de machthebbers gezegd dat het beter is dat één mens sterft dan dat het hele volk ten onder gaat. Dat is taal van dictators, vroeger en nu. Zo is niet de taal van Jezus. Zijn Blijde Boodschap is gericht op verbinden, bijeenhouden.

Wie een wijnstok in zijn tuin heeft, weet hoezeer je moet snoeien om goede druiven te krijgen. Er zit een ontzettende stuwing in een wijnstok. De wijnstok bij ons hier in de abdij spruit nu wat uit. Zodra het warm genoeg is, groeien de twijgen, soms tien tot vijftien centimeters per dag. De wijngaardenier begeleidt met aandacht deze groei, leidt de twijgen langs de draden, en kijkt of hij de druiven al ziet groeien. Wanneer een twijg te zwaar wordt en geen ondersteuning heeft, breekt hij af, en verdort onmiddellijk. Het gaat dus om het geheel en hoe het verbonden blijft met de stam.
Verbonden-blijven: daar gaat het dus om.

Daarom ook neemt Jezus het beeld van de wijnstok op als parabel voor de gemeenschap die Hem voor ogen staat. De stuwkracht van de heilige Geest, ranken die verbonden blijven met de stam (= de Christus) en de druiven als vruchten van de inzet van hen die zich bekennen tot de ene wijnstok, de Christus. En het snoeiwerk? Noem het ‘optimaliseren’. Soms moet je je tong snoeien, of je stekels, of je blik. Want tong, stekels of oog: ze kunnen veel schade aanrichten. Maar ze zijn ook dienstbaar aan die opbouw van het Rijk, verbonden-zijn, ook aan die ene wijnstok.