Hoe Nietzsche’s anti-christelijke filosofie het atheïsme verwoestte

“Ik behoor niet tot een bepaalde beweging. Ik heb een engagement en humanistische overtuigingen waar ik naar probeer te leven. Ik ben voor alles wat voor vrijheid staat en deze beschermt. Ik ben een humanist die onze universele vrijheid verdedigt.”

Assita Kanko, Belgische Europarlementariër en winnares van de prijs “Atheïst van het jaar 2023” op 11 november 2023 op LinkedIn.

“Ik heb me ook tot het Christendom gewend omdat ik het leven zonder spiritueel soelaas uiteindelijk ondraaglijk vond – en zelfs bijna zelfdestructief. Atheïsme slaagde er niet in een eenvoudige vraag te beantwoorden: wat is de zin en het doel van het leven?”

Ayaan Hirsi Ali, schrijfster en voormalig VVD-kamerlid, in haar artikel van 11 november 2023: “Why I am now a Christian” (https://unherd.com/2023/11/why-i-am-now-a-christian/).

God is dood. En hij blijft dood. Wij hebben hem vermoord. De sloopkogel van het atheïsme heeft zijn werk gedaan. 

Friedrich Nietzsche (1844-1900), de bekende Duitse filosoof die de dood van God proclameerde, zag al in zijn tijd de sloopkogel van het atheïsme woest om zich heen slaan. De ene na de andere mokerslag tegen het Christendom documenteerde hij in zijn briljante oeuvre. Hoewel vrijwel niemand in Nietzsche’s tijd begreep wat de dood van God betekende, voorzag Nietzsche, als geen ander, de gevolgen van deze tragedie.

De dood van God betekende het einde van bijna 2500 jaar geloof, dat begon met Socrates, in het “Goede” en het “Ware”, die zich aan ons vanuit een andere, bovennatuurlijke wereld, geopenbaard zouden hebben. De dood van God, of het niet meer geloven in God, betekende het einde van het geloof in het bestaan van het bovennatuurlijke. Er is – in de woorden van Nietzsche –  geen “Hinterwelt”, dus geen hemel, geen transcendent bestaan boven of naast ons zintuiglijk waarneembare bestaan. Laat staan dat uit het bovennatuurlijke het “Goede” of het “Ware” geopenbaard kan worden. Het bovennatuurlijke, het spirituele, het goddelijke (en bij uitstek het Christendom) zijn volgens Nietzsche allemaal waanideeën van de zwakke, zieke, decadente en machteloze mens die een slavenmoraal omarmt in een wanhopige poging de macht van de sterkere mens te ondermijnen.

Nietzsche legt de vinger op de zere plek. Als er geen “Hinterwelt” is, bestaan er ook geen universele waarden, en bestaat er geen universele, absolute en objectieve grondslag voor goed of kwaad. Wat goed of kwaad is, hangt af van de willekeurige definitie die daaraan in een specifieke samenleving gegeven wordt, in een bepaalde tijd en op een bepaalde plaats.

Tot zover zijn de meeste atheïsten “d’accord”. Richard Dawkins, de beroemdste van de zogeheten “nieuwe atheïsten”, die vanaf 2006 furore maakten en waartoe naast Christopher Hitchens ook Ayaan Hirsi Ali behoorde, verwoordt het treffend in zijn boek “River Out of Eden: A Darwinian View of Life:

“Het universum dat we waarnemen heeft precies de eigenschappen die we mogen verwachten als er in wezen geen ontwerp, geen doel, geen kwaad, geen goed is, niets anders dan meedogenloze onverschilligheid.” En:

“De natuur is niet wreed, alleen meedogenloos onverschillig. Dit is een van de moeilijkste lessen die mensen kunnen leren. We kunnen niet toegeven dat de dingen noch goed noch slecht zijn, noch wreed noch vriendelijk, maar gewoon ongevoelig – onverschillig voor al het lijden, zonder enig doel.”

Dit is de trots van de superieure atheïst à la Dawkins. Anders dan de zwakke, idealistische Christen kan de keiharde, realistische atheïst de zinloosheid, de absurditeit en de willekeur van het bestaan fier onder ogen zien. De ingebeelde, ja zelfs potentieel “gevaarlijke” religieuze waarheid moet plaatsmaken voor objectieve waarheidsvinding door middel van de ratio en de wetenschappelijke methode. De wetenschappelijke methode neemt Dawkins’ “meedogenloze onverschilligheid” van de natuur als uitgangspunt. Deze bikkelharde realiteitszin is hooguit voor de verlichte mens draaglijk. De rest troost zichzelf met het waanidee van een “god” die uiteindelijk de rechtvaardigen, de onderdrukten, zal belonen. Dat moeten die betreurenswaardige figuren natuurlijk zelf weten, zolang zij de wetenschappelijke vooruitgang maar niet in de weg zitten met hun primitieve geloofsovertuigingen.

Het is deze “geloof versus wetenschap” tegenstelling die zich in de geesten van de verlichte westerse mens heeft vastgezet. Iets geloven of iets weten, wat kies je? Elk rationeel denkend mens weet natuurlijk wat het enige juiste antwoord is. Maar wacht… betekent dit – het is bijna niet voorstelbaar – dat er maar één goed antwoord mogelijk is op deze vraag? Is de claim dat “weten” superieur is aan “geloven” niet een universele claim? En bestaat er dus een absolute waarheid? En betekent dit bovendien dat een voorkeur voor het “weten” boven “geloven”, dus een voorkeur voor de waarheid, beter zou zijn dan een voorkeur voor onwaarheid? En ook beter dan de voorkeur voor, bijvoorbeeld, het vergroten van je macht door het verspreiden van leugens of door het promoten van een ongegrond geloof? Met andere woorden: beweert de zuiver wetenschappelijk denkende mens, de ongelovige, de moordenaar van God, de fiere rationalist die moedig de “meedogenloze onverschilligheid” verdraagt, die de zinloosheid, de absurditeit en de willekeur van het bestaan onverschrokken trotseert, dat elk mens – hoe machtig die ook moge zijn – moet buigen voor de door de wetenschap ontdekte waarheid? Is een “wetenschapsontkenner”, zelfs als die de machtigste mens ter wereld zou zijn, een “fout” mens? Zien we hier ineens nog een universele claim opduiken, die zich – godbetert – beweegt binnen het morele spectrum van “goed” en “fout”? 

Nietzsche zelf stelde zich deze vraag al zo’n 150 jaar geleden. Zijn antwoord is vernietigend voor de fiere, wetenschappelijke atheïst. De wetenschappelijke atheïst die van de machtige bovenklasse verwacht dat zij zich dient te onderwerpen aan wetenschappelijk bewezen waarheden, is een doortrapte en verderfelijke pseudo-christen. Die wetenschapper is aanhanger van een slavenmoraal bij wie de dood van God kennelijk nog niet is doorgedrongen. De heersende klasse bepaalt zelf wel welke “waarheid” zij accepteert. Als er geen universele moraal is, dan heerst de machtigste. De waarheid dient de machtigste, de machtigste dient niet de waarheid. Nietzsche ontmaskert hier de wetenschappelijke atheïst als iemand die de christelijke slavenmoraal voortzet onder een andere noemer. Als iemand die universele waarden vanuit de denkbeeldige Hinterwelt opnieuw introduceert. Als iemand die de machtspositie van de heersende klasse op doortrapte wijze ondergraaft.

De dood van het wetenschappelijke atheïsme als leidend principe was door Nietzsche al geproclameerd voordat deze goed en wel geboren was. En toen moest de Tweede Wereldoorlog nog komen! De shoah was zo gruwelijk, dat de seculiere intellectuele klasse, die decennialang dweepte met Nietzsche, Darwinisme en eugenetica (het willen “fokken” van een nuttigere en gezondere mensensoort, onder meer door verplichte sterilisatie van “achterlijken” – volg de wetenschap!) pardoes het Nietzscheaanse denken heeft laten vallen. In plaats daarvan gingen de geallieerden over tot vervolging van Nazikopstukken tijdens de beroemde processen van Neurenberg, omdat die nazi’s zich schuldig zouden hebben gemaakt aan “misdaden tegen de menselijkheid”. De nazi’s hadden weliswaar niet in strijd gehandeld met hun eigen wetten, maar volgens de geallieerden waren sommige daden dermate verwerpelijk, dat die in strijd zouden zijn met iets als het “natuurrecht”, dat nog boven de door mensen gemaakte wetten zou staan. Daar is potdorie die Hinterwelt weer! En dus kan zelfs de doodstraf volgen op misdrijven tegen dit “natuurrecht”.

Tegelijkertijd werkten de Verenigde Naties direct na de Tweede Wereldoorlog aan de “Universele Verklaring van de Rechten van de Mens”. We hoeven niet verder te lezen dan de allereerste zin in de Preambule van die verklaring, om te begrijpen dat het atheïsme een tragische dood is gestorven en de Hinterwelt springlevend is. De tekst luidt:

“Overwegende, dat erkenning van de inherente waardigheid en van de gelijke en onvervreemdbare rechten van alle leden van de mensengemeenschap grondslag is voor de vrijheid, gerechtigheid en vrede in de wereld;”

Moment: “Inherente waardigheid”? “Gelijke en onvervreemdbare rechten” van elk mens? Het universum wordt volgens Dawkins toch geregeerd door niets anders dan “meedogenloze onverschilligheid”? Er is toch helemaal geen hoger, transcendent criterium van goed of kwaad waaraan wij door mensen gemaakte regels, onze wetten, die door de machtigste instantie worden uitgevaardigd, kunnen toetsen? Volgens de atheïstische logica vinden wetten toch uitsluitend hun rechtvaardiging in de (al dan niet democratische) machtsuitoefening door de toevallige heersers in een samenleving? Kennelijk toch niet… Wat regeert dan in plaats van de “meedogenloze onverschilligheid”? Geldt dan alsnog universeel dat elk mens, waar dan ook, wanneer dan ook, waardevol is en dat de zwakken beschermd moeten worden tegen uitbuiting door de sterken? Het unanieme antwoord van de verlichte Westerse mens is nu een onomwonden ja. De Hinterwelt, de hemel, God zelf, heeft glorieus overwonnen. Macht moet gebonden worden aan “gerechtigheid”. Het atheïsme is zo dood als een pier. 

De dood van het atheïsme is onlangs bevestigd door twee Westerse vrouwen van Afrikaanse afkomst, en wel op exact dezelfde datum: 11 november 2023. Ayaan Hirsi Ali, die zich associeerde met de nieuwe atheïsten, heeft in het artikel van unherd van 11 november bekend gemaakt dat zij zich heeft bekeerd tot het Christendom. Maar ook Assita Kanko deed op 11 november – weliswaar onbedoeld – een duit in het zakje. Zij beschrijft zichzelf als “een humanist die onze universele vrijheid verdedigt.” en denkt daarmee een lans te breken voor het atheïsme. Maar dankzij Nietzsche weten we hoe de waarachtige atheïst (in tegenstelling tot de wetenschappelijke atheïst) over de uitspraken van Assita Kanko behoort te denken: het is de onvoorwaardelijke acceptatie van een verwerpelijke, christelijke slavenmoraal, gebaseerd op de illusie van het bestaan van een transcendente, goddelijke wereld. Nietzsche maakt als geen ander duidelijk wat de uiterste en logische consequentie is van het atheïsme. Een consequentie die zelfs voor atheïsten, trots als ze zijn op hun acceptatie van de “meedogenloze onverschilligheid” van het universum, te huiveringwekkend is.

De verlichte Westerse mens, de trotse rationalist, die gebogen stond over het graf van God, gaat nog steeds over tot de orde van de dag, levend in de waan van het wetenschappelijke atheïsme. Maar het lijkt er steeds meer op dat de dood van God nooit heeft plaatsgevonden. Alsof de meeste mensen nog steeds diepgelovige Christenen zijn, die de Hinterwelt als vanzelfsprekende realiteit aanvaarden. Alsof de Hinterwelt terug is van nooit weggeweest, alsof het vanzelfsprekend is dat “mensenrechten” echt bestaan. Dat is in ieder geval de realiteit waarin zowel Ayaan Hirsi Ali als Assita Kanko leven. Zij leven beiden in de Hinterwelt. Zij leven beiden in de wereld van de Christenen waarin de handelwijze van elk individu wordt gemeten aan de meetlat van goed en kwaad. Alleen is Assita Kanko, anders dan Ayaan Hirsi Ali, zich hiervan kennelijk nog niet bewust. Desalniettemin: welkom Assita in de wereld van het christelijke geloof. De Christenen laten je graag zien wat de grondslag is van jouw overtuiging. Genesis 1, vers 27:

“En God schiep de mens als zijn beeld; als het beeld van God schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen.” En in de brief aan de Galaten 3, vers 28:

“Er is geen Jood of heiden meer, er is geen slaaf of vrije, er is geen man en vrouw: allen tezamen zijt gij een persoon in Christus Jezus.”

Over de auteur:

Camiel van der Graaf is werkzaam als advocaat in de renewable energy sector in Hamburg, Duitsland. Hoewel hij theologie, filosofie en geschiedenis niet tot zijn formele werkterrein rekent, kan hij deze disciplines wel met vurige passie beschrijven.

Afbeelding: Pexels