Vers voor de Zondag: 10 januari

Vers voor de Zondag: 10 januari

In onze rubriek ‘Vers voor de Zondag’ blikken we vooruit op de eucharistieviering  – tijdens de lockdown op afstand te volgen op televisie en internet – van aanstaande zondag (of feestdag): wat vertelt het Evangelie ons? Om wat voor thema draait deze viering? Wat zou je kunnen doen om dit te onderstrepen?

Doop van de Heer

Mijn Veelgeliefde

Nu het feest van Kerstmis (en de ‘vervolgfeesten’) voorbij zijn, blijven we toch in de sfeer van het eerste begin. Het begin op de christelijke levensweg is het ontvangen van het doopsel. Water staat centraal, water waarin de dopeling ondergaat en ook weer opgaat. Maar niet alleen water speelt een hoofdrol, ook het ‘geroepen worden’. God roept, zijn Stem klinkt en die stem zegt dat je ‘veelgeliefd’ bent, in navolging van de Veelgeliefde wiens doopsel wij vandaag gedenken.

Exegetische notities Evangelie

Marcus 1,7-11

Johannes, zoon van Zacharias en Elisabet (Lukas 1,15), was een joodse profeet die leefde in de tijd van Jezus. Volgens hem was het oordeel van God nabij en hij riep mensen op tot bekering. Door zich te laten dopen, worden de zonden uitgewist en toont men dat men anders wil leven; een juiste houding tegenover God wil aannemen. Johannes doopte door onderdompeling in de Jordaan. Hij had veel volgelingen – vooral uit Judea en Jeruzalem –   die zich door hem lieten dopen en zo kreeg hij de bijnaam ‘de doper’. Maar Johannes verkondigde dat na hem iemand zou komen die sterker en waardiger is dan hij. De profeet ziet zichzelf als nietig, niet eens waardig om de riemen van de sandalen van degene die zal komen, los te maken. En deze zal niet met water dopen maar met de heilige Geest (1,7.8).

In het daaropvolgende vers (1,9) lezen we dat in die dagen Jezus uit Nazaret naar Johannes toe komt.

Jezus laat zich door Johannes dopen in de Jordaan. Maar betekent dit dat Jezus de mindere is van Johannes? Dit aanstotend idee wordt duidelijk ontkracht door verzen 7 en 8 waarin Johannes zijn positie ten opzichte van Jezus verheldert.

Terstond, na de doop, krijgt Jezus een visioen. De auteur gebruikt het woord euthus (Gr.: terstond) heel vaak in zijn evangelie, wel eenenveertig keer. Het verhaal krijgt daardoor een zekere vaart. Jezus ziet twee dingen die met elkaar samenhangen: de hemel scheurt open en de geest daalt als een duif op Hem neer. Dit visioen wordt uitgelegd door een stem uit de hemel. God zegt dat Jezus Zijn geliefde Zoon is waarin Hij vreugde vindt (Psalmen 2,7 en Jesaja 42,1). De eretitel ‘zoon van God’ wordt door God zelf aan Jezus verleend.

De titel ‘zoon van God’ wordt in het Oude Testament gebruikt voor zowel individuen (koningen en rechtvaardigen) als voor groepen (het volk van Israël). Deze titel geeft aan dat er een bijzondere relatie is tussen het individu / volk en God. Bij dit zoon-schap gaat het om uitverkiezing en niet om verwekking zoals in antieke mythen het geval is. In het christendom is er maar één ‘Zoon van God’: Jezus, uitverkoren door de Vader. Bij Marcus is Jezus ‘Zoon van God’ vanaf het begin van zijn optreden maar pas bij zijn opstanding wordt dat duidelijk voor iedereen. Jezus, ‘Zoon van God’, is de rode draad in het evangelie van Marcus.

Focus

De auteur van de eerste Johannesbrief benadrukt dat Jezus Christus als mens op de wereld is gekomen en is gestorven. Hij werd gedoopt met water en gaf zijn eigen leven als teken van de vergevende liefde van God. En over die doop van Jezus lezen we in het eerste hoofdstuk van het Marcus-evangelie. De doop die Johannes predikte was gerelateerd aan bekering, aan het opnieuw luisteren naar de woorden van de vroegere profeten. Zo roept Jesaja op tot berouw, tot inkeer en hij verzekert dat God zal vergeven. De doop door Johannes hield geen lidmaatschap van een groep of geloofsgemeenschap in. Het zich laten dopen was een teken van bekering en van een ‘nieuw begin’. Jezus’ Jordaandoop is een historisch feit. Hij stond achter de prediking van Johannes die vooral de juiste verhouding van mensen tot de levende God en mensen tot elkaar op het oog had.

En op de plaats waar Johannes Jezus doopt, zien we Gods eerste heilsopenbaring in Jezus. De eretitel ‘Zoon van God’ wordt aan Jezus door de Vader zelf gegeven. Na de doop door Johannes begint Jezus zijn openbaar leven, een ‘nieuw begin’.

Suggestie: doopkaarsen

Doopkaarsen die aan het begin van de (woord)viering zijn ontstoken, kunnen bij de wegzending met een enkel woord worden teruggegeven aan de eigenaars. Bijvoorbeeld met de vraag: Wanneer geeft het licht van de doopkaars je kracht? Bij onze huwelijksmis heeft deze kaars gebrand, bij ernstige ziekte, enz.

Deze teksten en suggestie zijn genomen uit de ‘Handreikingen voor liturgie voor de zon- en feestdagen’ van Berne Media. In deze uitgave staan exegetische notities voor elke lezing en antwoordpsalm, een ‘kapstok’ voor de verkondiging, misteksten, voorbeden en diverse andere suggesties voor vieringen met gewijde of niet-gewijde voorganger. Voor meer informatie over de uitgave en een abonnement, zie de website van Berne Media.